Vragen en zorgen over komst datacentrum
Indieners van reacties op de aangekondigde komst van een groot datacentrum bij Zeewolde hebben nog allerlei vragen en zorgen. Dat blijkt nu deze reacties openbaar zijn geworden.
Ze gaan vooral over de gevolgen voor het landschap en de omgeving, over de hoeveelheid elektriciteit die voor het complex nodig is en over de verwachte voor- en nadelen voor Zeewolde zelf.
De reacties komen onder meer van netbeheerder Tennet, de provincie, het waterschap, enkele individuele personen en van een vis- en een roeivereniging.
De gemeente maakte in juni bekend dat een nog geheim Amerikaans bedrijf langs de Gooiseweg in Zeewolde een groot datacentrum wil neerzetten. Dat gebeurde bij de presentatie van het zogenoemde voorontwerp-bestemmingsplan, waarin de plannen in grote lijnen uiteen werden gezet.
In haar reactie naar de indieners laat de gemeente over veel onderwerpen dan ook weten dat onderzoeken nog lopen en er in een volgende fase meer duidelijkheid zal komen. Wel maken de antwoorden van de gemeente meer duidelijk over het grote complex dat in Zeewolde moet komen.
Tennet
Uit de reactie van elektriciteitsnetbeheerder Tennet valt af te leiden dat het bedrijf door de gepresenteerde plannen overvallen is. Volgens Tennet komt het datacentrum niet op de meest logische plek in Zeewolde. Elders op Trekkersveld zou het datacentrum op bestaande voorzieningen kunnen worden aangesloten. Op de nu gekozen plek moet een nieuw hoogspanningsstation gebouwd worden om het datacentrum van voldoende stroom te voorzien. Tennet vindt ook dat er nog te weinig specificaties bekend zijn over de aansluiting die het bedrijf moet gaan realiseren.
Uit beantwoording van de gemeente blijkt dat er al meer informatie bekend is. Wat de gemeente betreft, komt er naast het datacentrum een nieuw hoogspanningsstation dat via kabels op de hoogspanningsleiding aan de overkant van de Hoge Vaart wordt aangesloten. Voor dit station wordt een stuk grond van 250 bij 100 meter uitgetrokken. Volgens de gemeente wordt het stroomverbruik van de totale 'datacentercampus', zodra die volledig is opgebouwd, geschat op 1.380 gigawattuur per jaar.
De provincie zou graag zien dat er op het complex een groot aantal zonnepanelen komt. Zo zou het datacentrum deels in zijn eigen elektriciteitsbehoefte kunnen voorzien en op zonnige dagen zelfs stroom kunnen leveren. Als de zonnepanelen op de grond staan, zouden ze bovendien meetellen voor de in totaal 500 hectare aan zonne-energie die Flevoland in de toekomst wil opwekken.
Groot gebouw in landschap
Meerdere indieners maken zich zorgen over de manier waarop het complex van 40 hectare in het landschap wordt ingepast. Voor de provincie is vooral de afstand tot de cultuurhistorisch waardevolle Knardijk belangrijk. De bebouwing mag daar niet te dicht op staan.
De gemeente laat in haar reacties weten dat er volop rekening met het landschap zal worden gehouden. Zo geldt voor het nieuwe complex dat de bebouwing net zo ver van de Gooiseweg af moet liggen als die op de bestaande stukken van bedrijventerrein Trekkersveld. Die afstand bedraagt 55 meter. Het datacentrum zal vanaf de Gooiseweg wel zichtbaar zijn. Langs de Knardijk en de Hoge Vaart moet met bomen en groen een geleidelijkere overgang naar de bebouwing worden gemaakt. Vanaf die plekken zal het centrum minder zichtbaar aanwezig zijn.
Een indiener vraagt zich af of het datacentrum niet ondergronds of verzonken in het landschap kan worden gebouwd. Maar volgens de gemeente is dat vanwege het hoge grondwaterpeil en de aanwezigheid van grondwatervoorraden onder het bedrijventerrein geen optie.
Zorgen van de provincie over de grondwatervoorraden tijdens de bouw, zijn volgens Zeewolde onnodig. De funderingen van de gebouwen zouden op zo'n manier zijn ontworpen dat er geen risico is voor de grondwaterkwaliteit.
Lozing koelwater op Hoge Vaart
Meerdere indieners maken zich zorgen over het gebruik van water uit de Hoge Vaart voor het koelen van de apparatuur in het datacentrum. Dat gebeurt overigens alleen op warme dagen. Onder normale omstandigheden worden de installaties met lucht gekoeld. Als het warm is, wordt er water gebruikt. En dit zal ook weer op de vaart geloosd worden.
De Natuur- en Milieufederatie Flevoland voorspelt dat de lozing van koelwater grote gevolgen zal hebben. Omdat de watertemperatuur hoger wordt, zal de Hoge Vaart nooit meer bevriezen, krijgen exotische dieren en planten een hogere overlevingskans, is er meer kans op blauwalg en zal het effect van de lozing ook ver buiten Zeewolde gevolgen hebben.
Waterschap Zuiderzeeland vindt dat er aanvullend onderzoek nodig is naar de gevolgen van het lozen van koelwater. Het waterschap wijst er verder op dat het waterpeil in warme en droge periodes soms lager is. Bij het ontwerp van de koelinstallatie zou daar rekening mee moeten worden gehouden.
Volgens de gemeente zullen de gevolgen van de lozingen erg meevallen. Het water dat terugstroomt in de Hoge Vaart zal minder dan 25 graden zijn en voldoen aan landelijke lozingsvoorschriften. Alleen binnen een straal van 80 meter rond het lozingspunt zou het verschil merkbaar moeten zijn. Zorgen over de visstand en de gevolgen voor flora en fauna zijn dan ook onnodig.
Werkgelegenheid
Bij de presentatie van de plannen, heeft de gemeente Zeewolde laten weten dat het datacentrum goed is voor 100 fte aan hoogopgeleide banen. De provincie vindt dat dit veel verder moet worden toegelicht. Zo wil zij weten of het gaat om nieuwe banen die naar inwoners van Flevoland gaan. Ook vraagt de provincie hoeveel werkgelegenheid de bouw van het datacentrum oplevert.
De gemeente geeft hierop aan de provincie geen antwoord, maar laat aan een individuele indiener weten dat de bouw meerdere jaren zal gaan duren. In die tijd zullen er volgens de gemeente op piekmomenten meer dan 1.000 bouwvakkers op het terrein werken. De gemeente stelt dat in het gebouw niet alleen IT'ers komen te werken, maar bijvoorbeeld ook facilitaire krachten, beveiligers en logistieke medewerkers.
Restwarmte
Verschillende indieners zijn benieuwd in hoeverre de restwarmte van het datacentrum op een duurzame manier kan worden hergebruikt, bijvoorbeeld door er water mee te verwarmen en dit voor verwarming naar huizen of bedrijven te leiden. De gemeente noemde dit bij de presentatie van de plannen als mogelijkheid. Maar de kansen daarvoor lijken beperkt, omdat het water vermoedelijk niet warmer dan 30 graden zal zijn. In een reactie zegt de gemeente dat het water inderdaad verder zal moeten worden opgewarmd, voor er daadwerkelijk mee kan worden verwarmd.
De gemeente onderzoekt nog welke mogelijkheden er zijn. Overigens is het hergebruik van de restwarmte geen voorwaarde voor de komst van het datacentrum. Het onderzoeken van de mogelijkheden is al voldoende.