In de donkere maanden van het jaar voelen we ons minder veilig, ook thuis. Niet helemaal onterecht, aangezien er van november tot en met februari vaker wordt ingebroken.

De piek ligt tijdens de feestdagen. Coen Staal, voorzitter van de Stichting zegt: “We blijven mensen oproepen inbraakpreventie serieus te nemen. Ook omdat je jezelf dan veiliger voelt. Een paar kleine aanpassingen, zoals bijvoorbeeld een beter slot, een camera of extra verlichting, kunnen al een oplossing zijn.”

Als er ’s avonds wordt aangebeld, doet ruim een kwart van de mensen de deur niet meer open als men geen bekende verwacht. Ook als de voordeur is voorzien van een raampje, is het zicht soms onvoldoende om te zien of er ‘goed volk’ heeft aangebeld. Om het maar niet te hebben over de deuren die geen raam of kijkgaatje hebben. Betere buitenverlichting in combinatie met een digitale deurspion, deurbelcamera of een beveiligingscamera kunnen dan een oplossing zijn. Met die hulpmiddelen kun je op je mobiele telefoon zien wie er voor de deur staat en op die manier besluiten of je open doet.

Goede verlichting bij de voordeur en in huis zorgen ervoor dat bewoners zich veiliger voelen, terwijl inbrekers zich hierdoor minder op hun gemak zullen voelen. Laat dan niet slechts een of twee lampjes branden, maar laat alle lampen aan die je normaal ook aan hebt staan. Voor inbrekers wordt het daarmee een stuk onduidelijker of bewoners thuis zijn of niet, en zij zullen dat huis dan eerder overslaan. Want er zijn er nog genoeg, die liever de verlichting uitdoen als men op familiebezoek is. Een duidelijk signaal voor de inbreker dat er niemand thuis is.